In het kraambed krijgen alle kinderen in Nederland een hielprikje, tussen de 5de en de 8ste dag na de geboorte. Door middel van deze bloedafname uit de hiel van de baby kunnen we het bloed onderzoeken op vele ziekten. Het betreft met name stofwisselingsziekten, ziekten die je niet met het blote oog kunt zien maar wel grote gevolgen kan hebben voor het kind. Indien een van deze ziekten ontdekt wordt in een vroeg stadium is er vaak een goede behandeling voor (dieet, medicijnen).
Het hielprikje wordt gedaan door een verpleegkundige van het consultatie-bureau. Als de geboorte-aangifte gedaan is geeft de gemeente door aan het consultatie-bureau (onderdeel van het Centrum voor Jeugd en Gezin) welke baby geprikt moet worden. Dat gaat dus automatisch, je hoeft dit niet zelf te regelen.
Voor meer informatie kun je kijken op www.rivm.nl/hielprik
Voor een informatiebrochure over de hielprik en gehoorsceening in meerdere talen: klik hier.
Gehoorscreening
De gehoortest vindt in de eerste week na de geboorte plaats. Als uw kind dan thuis is wordt dit meestal gedaan samen met het bezoek voor hielprik.
Met deze test wordt gemeten of uw kind goed genoeg hoort om te leren praten. Als uw kind in het ziekenhuis ligt, wordt de gehoortest gedaan als uw kind weer thuis is.
Tijdens de test krijgt uw kind een klein, zacht dopje in het oor. Via dit dopje wordt een zacht, knetterend geluid het oor in gezonden. Een gezond oor reageert hierop door geluidjes te maken. Een kleine microfoon in het dopje vangt deze reactiegeluidjes op. Het dopje is verbonden met een apparaat dat aan de hand van de reactiegeluidjes beoordeelt of het oor goed werkt. Beide oren worden apart getest. De gehoortest doet geen pijn en duurt maar een paar minuten.
Voor meer informatie kun je kijken op www.rivm.nl/gehoorscreening